Vrijdag 8 febr. zitten we vroeg op de fiets, even na negenen. De klim naar de Lindis-pas verloopt eigenlijk zonder problemen. Alleen de laatste 2 km zijn wat steiler maar prima te doen. We hebben wel zwaardere klimmen gehad. De omgeving blijft mooi. Na de pas volgt een heerlijke lange afdaling van 10 km. Daarna nog een klimmetje naar Cluden Hill en voor we het weten zijn we in Tarras. Een gehucht maar wel met een tearoom. Na 80 km hebben we wel wat lekkers verdiend. In Tarras zelf is geen accomodatie maar 4 km buiten Tarras ligt een hostel, te bereiken via een slechte ongeasfalteerde weg. Deze 4 km's zijn nog de zwaarste km's van de hele dag. Het hostel ligt echt in de middle of nowhere en er is ook helemaal niemand aanwezig. Gelukkig is de deur niet op slot en stappen we maar naar binnen. Na wat rondgekeken te hebben, het ziet er niet overal even fris uit, nemen we de 2-persoonskamer in beslag. We weten nl. dat er nog 2 belgische fietsters ook hierheen komen. Er is ook nog een 3-persoonskamer en een prive-ruimte naast natuurlijk een woonkamer/keuken en een badkamer. Achteraf blijkt dat Phil, de eigenaar in het privekamertje slaapt en verder gewoon met de gasten woont in de woonkamer/keuken. Nadat we de belgische fietsters ontvangen hebben arriveert er ook nog een duitse dame op de fiets, die besluit haar tentje op te zetten. Zij heeft als enige van tevoren haar komst aangekondigd dus we weten dat de eigenaar op de hoogte is dat hij gast(en) kan verwachten. Na een uurtje arriveert Phil, een aardige praatgrage gozer die helemaal verbaasd is dat hij zoveel gasten heeft. Temeer daar het juist deze zomer voor hem een erg slecht seizoen schijnt te zijn. Aan het eind van de dag komen er nog 2 buurmannen (met ieder een eigen auto want buren is een weids begrip) op bierbezoek. Er wordt aardig ingenomen en Phil raakt dan ook behoorlijk boven zijn theewater. Het was een zeer bijzondere avond, de gasten lagen vroeg op bed want niemand had zin om bij de zuippartij aan te zitten.
De volgende ochtend, zaterdag 9 februari, was iedereen, incl. Phil, weer vroeg op. Phil verontschuldigde zich nog voor het kabaal van gisteravond. Hij had al weer volop praatjes maar was nog steeds even moeilijk te verstaan als gisteren helaas. Phil moest alweer vroeg op pad, naast zijn hostel heeft hij ook nog een houthakkersbedrijfje dus wij gaan als laatsten weg en laten de boel achter zoals we als eersten gekomen zijn, nl. alles blijft gewoon open.
Via een andere, betere, onverharde weg fietsen we terug naar de route. Als we weer op de hoofdweg komen belanden we in een giga schaapskudde die de hele doorgaande weg versperd. De route is heerlijk rustig en loopt langs het Dunstan meer. In Cromwell nemen we een koffiestop. Hier verlaten we de route uit ons boekje. We zijn vlakbij Queenstown (60 km) maar deze populaire bestemming zullen we pas over enige weken aandoen. Onze route leidt terug naar de oostkust waar de over enige dagen in Dunidin hopen aan te komen. We fietsen langs een glooiende weg met rechts de brede Clutha-rivier. In deze rivier en het omliggende gebergte werd vroeger veel goud gevonden. In Alexandra nemen we een cabin op de camping voor 2 nachten.
Zondag 10 februari is een nietsdoen dagje, uitslapen, uitgebreid ontbijten met een krantje en wederom wasje draaien. Vergeleken met andere fietsvakanties maken we erg veel gebruik van de wasmachine- en drogermogelijkheden. Tegen de middag maken we een wandelingetje langs de rivier, over een hangbrug naar een leuk cafeetje die heerlijke taart heeft. Inmiddels is het gaan regenen maar op wat buitjes na is het ook vandaag prima weer. Nog even naar bowling op het gras gekeken, een echte "ouderensport".
Maandag 11 februari beginnen we aan een tocht over een oude spoorlijn. Deze lijn is opgeheven en vervangen door een gravelpad, 150 km. lang. Op deze weg mag alleen gefietst, gewandeld en paard gereden worden, dus het is hier heerlijk rustig fietsen. Het pad loopt langzaam omhoog van 150 m naar de top op 618 m hoogte. M.a.w. de stijging is zo geleidelijk dat je amper merkt dat je omhoog gaat. De omgeving is heel gevarieerd, door ruige gebieden met wilde tijm en heel veel blauwe en gele bloemen. Soms langs gecultiveerde gebieden met vee en landbouw maar ook door hele ruige gebieden met veel rotsen van leisteen, kloven, door donkere tunnels, over heel veel spoorbruggen en heel veel mooie vergezichten. Na 65 km stoppen we in Oturehua. Eerst even inkopen doen in een heel oud winkeltje annex museum en daarna nemen we een cabin bij een backpackersaccomodatie. Het weer was heel mooi vandaag maar het laatste uurtje pakken donkere wolken zich samen en het regent de rest van de avond.
Dinsdag 12 februari vervolgen we de railtrail. Het is bewolk maar gelukkig droog. De eerste 30 km is de omgeving wat saai, open vlak landschap. We maken een wandeling naar een mijnschacht waar vroeger goud gewonnen werd. De wandeling ging door schapenland en halverwege onze fietsdag kom ik erachter dat mijn schoenen dus onder de poep zitten, lekker. In Wedderburn, het hoogste punt, bekijken we onder het genot van een kopje koffie een DVD over de geschiedenis van de spoorlijn en de aanleg van de railtrail. Vanaf hier gaan we weer geleidelijk aan dalen. In Ranfurley breekt tijdens een koffiestop de zon weer door en vanaf hier wordt ook de omgeving weer ruiger en dus interessanter. We moeten wel de schapen in de gaten houden die af en toe onze weg versperren. In Hyde overnachten we in een "hotel". Het publiek is wat meer mondain en ook ouder dan we gewend zijn. De mensen die we op de trail tegen komen zijn over het algemeen van het wat oudere soort. Er zijn vanavond 12 gasten, erg gemeleerd gezelschap. Een schots stel, een zuidafrikaans stel, wij dus als hollands stel en verder 6 kiwi's waarvan 1 kiwi ook nog weer eens getrouwd is met een fransman, dus eigenlijk een halve kiwi is. Allemaal erg bereisd en er ontstonden tijdens het gezamenlijke avondmaal dan ook leuke gesprekken/discussies over allerlei onderwerpen, o.a. natuurlijk de apartheid in zuid afrika. Het eten was overheerlijk, vooral de toetjes. Het is een bijzonder overnachtingsadres met erg gastvrije mensen.
Woensdag 13 januari doen we de laatste 30 km van de trail die eindigt in Middlemarch, weer een gehucht maar dankzij de trail is er wel mooi een cafe en fietsenwinkel dus eerst maar een kopje koffie. We ontmoeten hier 3 andere fietsers uit ons hotel die vanochtend al vroeg vertrokken zijn. Wij waren natuurlijk zoals gewoonlijk weer eens de laatsten die vertrokken. Vanuit Middlemarch fietsen we naar Pukerangi, 19 km. verderop, waar we een toeristentreintje willen nemen naar Dunedin. Na 10 km fietsen moeten we een onverhard doodlopend pad in, 9 km lang naar Pukerangi. Voor de zekerheid doen we nog even een check op de grote kaart van Nieuw-Zeeland maar heel Pukerangi komt niet op de kaart voor. Niet zo verwonderlijk zal later blijken want dit gehucht bestaat uit een piepklein stationnetje met in de verte een boerderij. Het onverharde pad leidt door een mooie lege omgeving en tot onze verbazing wordt het onverharde pad na enige kilometers een mooi geasfalteerde weg terwijl de weg notabene doodloopt in niemandsland. Al gauw komen we erachter waarom opeens asfalt, de weg gaat nl. steil omhoog, omlaag, omhoog. Dat is onverwacht zwoegen. Bij het stationnetje aangekomen, 3 uur te vroeg, dus totale leegte op twee picknictafels, een toilet (gelukkig) en een eenzame fietser na. Ook deze eenzame fietser, een man uit de buurt van Dunedin, kennen we reeds want hij heeft afgelopen nacht ook in Hyde overnacht. We zijn blij dat hij er is want nu weten we tenminste zeker dat de trein komt omdat hij een reservering heeft gedaan. Gezellig wat gekletst, broodje gegeten, boekje gelezen, 3 uur wachten is lang maar gelukkig schijnt de zon. Tot onze verbazing komen er ongeveer een half uur voor de trein arriveert verschillende toeringcarbussen, sommige leeg, sommige met passiers voor de trein. En als het treintje, wat dus een hele lange trein is, arriveert is het een drukte van belang van uit- en instappende mensen. De treinreis gaat door een hele mooi kloof, de rit is ongeveer 70 km. lang en duurt er 1 uur en 3 kwartier over. M.a.w. een slakkegangetje met onderweg ook nog een 5 min. fotostop. In Dunedin aangekomen gaan we naar een camping aan zee. We blijven hier een paar dagen. Helaas is er geen cabin vrij dus hebben we ons tentje maar opgezet.
1 opmerking:
Wat een mooi verhaal! Hebben jullie een foto gemaakt van de hostel van Phil???? En van Phil himself?
Hier is alles oke. De zon schijnt en het is koud: een echte winterdag dus. Nog een week werken (kennen jullie dat werkwoord nog?) en dan ga ik een weekje op vakantie (wintersport).
Een reactie posten